Van brandende ambitie heeft ze geen last, maar als iets haar nieuwsgierig maakt, zet ze er voor de volle honderd procent haar tanden in. Ze is een kameleon in positieve zin: zowel flexibel, zorgzaam en empathisch als mondig, praktisch en creatief. Die veelzijdigheid vond ze in en geeft ze aan CBK Rotterdam. Als hoofd communicatie zorgt Xandra Nibbeling voor zichtbaarheid van kunst en kunstenaars in de stad. Of liever: zorgde. Want dit interview markeert een afscheid. En tegelijkertijd een nieuw begin.
In gesprek met Xandra Nibbeling
Tekst: Annemiek van Grondel
Al haar functies en losse projecten benoemen wordt een slaapverwekkende opsomming die in geen enkel opzicht recht doet aan de persoon Xandra Nibbeling (1963). Wie het naadje van de kous wil weten, spoedt zich naar haar LinkedIn-pagina. Wat telt bij deze ondernemende dame is de grote lijn: een open blik en handen uit de mouwen. In kunst, cultuur, communicatie en taal, de kernwoorden van haar professionele bestaan.
Het begon met muziek. Wellicht hadden helden John Lennon en Bob Dylan iets te maken met de keuze om vlak voor haar afstuderen in 1991 te gaan werken bij platendistributeur Bertus, een grote speler in de alternatieve muziekscene van die tijd. ‘Ik had ruim vijf jaar gewerkt bij Jazzcafé Dizzy, waar iemand me tipte over deze baan’, vertelt ze. ‘Voor Bertus belde ik naar klanten, voerde faxen met bestellingen in en sprokkelde platen en cd’s bijeen, van Prince, Deee-Lite en De La Soul tot verzamelboxen van Jimi Hendrix en het Stax-label, om overal en nergens naar te versturen. Het was echt een mannenwereld. We sloten elke dag relaxed af met een biertje en zetten dan steevast een boom op over politiek.’
Inhoudelijk was de baan minder uitdagend; toen na een aantal maanden de kans zich voordeed om te gaan werken in een redacteursfunctie bij het Informatie Centrum Internationale Relaties van Erasmus Universiteit Rotterdam, greep ze deze met beide handen aan. ‘Ik wilde altijd iets met schrijven doen’, zegt Xandra, die eerder concerten recenseerde voor het lokale muziekblad Damp. ‘Bij de universiteit maakte ik voor uitwisselingsstudenten voorlichtingsbrochures, waarin ik onder meer schreef over het culturele leven in Rotterdam. Ik stelde voor een website te maken, nog ongebruikelijk in die tijd. Zo werd off- en online voor buitenlandse studenten de stad toegankelijker.’
Levenslessen
Xandra is geboren in Amsterdam, als middelste van drie kinderen. Haar Amsterdamse vader en Duitse moeder verhuisden in 1964 naar Rotterdam – eerst IJsselmonde, daarna Ommoord –, waar zij op de basisschool geen gemakkelijke tijd had. ‘Er heerste dubbele vijandigheid: tegen “nultwintig” en tegen Duitsland. Ik werd gepest, zelfs door een leerkracht. Juffrouw Hekstra van de derde klas kleineerde me, omdat ik een Duitse moeder had. Mijn ouders hebben naar aanleiding daarvan een klacht ingediend bij de directeur.’ En dat, terwijl haar familie zich verre van de nazi’s hield. Opa aan moederskant weigerde groenten uit zijn moestuin af te staan aan het Duitse leger, en zijn broer werd vanwege zijn communistische ideeën al in de jaren dertig afgevoerd naar een kamp. ‘Toen we op mijn tiende naar Krimpen aan den IJssel verhuisden, kwam ik in een warm bad terecht. Dat vriendelijke dorp voelde heel veilig. Ik werd op de eerste dag op school gevraagd of ik mee wilde doen met tikkertje, in Ommoord ongehoord. Mijn zelfvertrouwen groeide met de dag.’
Het begon met muziek
Ze zette al vroeg haar verbeelding aan het werk. Als twaalfjarige vertaalde ze alle songteksten van de lp Imagine. Xandra: ‘Lennons platen heb ik via mijn oudere broer Peter leren kennen, een verwoed verzamelaar van muziek en literatuur. In het gezin was ik typisch de middelste: altijd alles vanuit twee gezichtspunten bekijken. Toen ik klein was ging ik veel om met Peter, later meer met mijn jongere zus Simone. Met Peter ging het gaandeweg steeds slechter: vanaf zijn dertigste kreeg hij psychoses en suïcidale neigingen. Onze relatie veranderde van gelijkwaardig in een “zorgen voor”. Hij is uiteindelijk uit het leven gestapt. Het was zijn keuze, en die kan ik respecteren. Vroeger was ik weleens zwaar op de hand, maar opeens realiseerde ik me: als jou het leven zo tegenstaat en je daarom zo’n ingrijpende beslissing moet nemen, heb ik niets te klagen. Sindsdien sta ik positiever in het leven. Het heeft me veel verdriet gedaan, maar ook sterker gemaakt. Niettemin, het blijft altijd bij je. Ik denk nog veel aan hem.’
Selectief geheugen
Xandra mag wel in de hoofdstad zijn geboren, haar hele leven staat in het teken van Rotterdam. De aanvechting om ergens anders te gaan wonen en werken heeft ze nooit gevoeld. ‘Na het Atheneum overwoog ik even om in Amsterdam Russisch te gaan studeren, omdat ik dat zo’n mooie taal vond’, vertelt ze. ‘Maar ik had een vriendje in Rotterdam en besloot, heel pragmatisch, hier een studie te gaan volgen.’ Bovendien kon je beroepsmatig gezien met Russisch niet veel anders dan spion worden.’ Schalks: ‘Had me op zich niet onaardig geleken.’
De keuze viel op sociologie, geen heel gelukkige. ‘Ik was een dromer en mij ontging veel’, zegt ze. ‘De propedeuse ging me gemakkelijk af want was heel breed: psychologie, antropologie, economie en filosofie. Maar toen ik daarna koos voor bedrijfssociologie, ging de lol er snel af. Wat het vak inhield? Geen idee, bedrijfsculturen en zo. Ik haakte algauw af.’
Des te meer lokte het nachtleven voor de jonge hond, die van stappen hield en naast haar job bij Dizzy als vrijwilliger werkte in concertzaal Arena, voorloper van Nighttown. Niettemin hield ze tijd over voor een nieuwe studie, de avondopleiding voor docent geschiedenis. ‘Dat beviel me wel’, zegt ze. ‘Veel boeken lezen over interessante materie en af en toe een mondeling. Maar lesgeven is te intensief voor mij, zo bleek tijdens stages op twee scholen. Ik herinner me dat ik enthousiast een heel leuke les over de Olympische Spelen had voorbereid, gekruid met Griekse mythologie. Maar ik werd duizelig van het praten, onafgebroken opletten en de mensen erbij houden. Een geschiedenisjuf moet ongelooflijk veel feitenkennis hebben en constant kloppende verhalen vertellen. Mijn hoofd wérkt zo niet, ik heb een selectief geheugen. Ik maakte de studie af en nam de beslissing geen les te gaan geven.’
Niettemin heeft ze geen spijt van haar studies: ‘Ik heb geleerd om op een brede, kritische manier naar de wereld te kijken en dingen te relativeren.’
Geen ambitie, wel communicatie
Noem je Xandra Nibbeling een multimediaproject, dan spreekt ze dat niet tegen. Ze houdt van kunst en cultuur in de meest brede zin en heeft ervaring in diverse disciplines. ‘Maar als tekstschrijver ben ik op mijn best, want al schrijvend kan ik het beste denken. Dan krijgen gedachten structuur, krijgt iets vorm.’
Zij lijkt een kameleon, die door haar grote inlevingsvermogen snel kan schakelen en veel mensen aan zich kan binden. ‘Kameleon?’, peinst ze. ‘Een beetje wel. Mensen zien dat als een gebrek aan identiteit. Maar dat is het niet. Ik heb gewoon een brede interesse en focus me zelden op één ding.’ Van ambitie heeft ze geen last. Ze werkt graag en hard achter de schermen, doet wat haar voor de voeten komt en voelt zich nergens te goed voor. ‘Dat is iets wat ik heb meegekregen uit de arbeidersfamilie waarin mijn beide ouders zijn opgegroeid’, zegt ze.
Ik heb een brede interesse en focus me zelden op één ding
Rotterdam zit in haar hart. ‘De meeste steden vind ik truttig, al die grachtjes en dingetjes. De rauwheid van de havenstad spreekt mij aan. Ik houd van duidelijk en direct, kan slecht tegen praatjes en nuffigheid, waarin Amsterdam uitblinkt. Leuk om er te zijn, hoor, maar ik zou er niet willen wonen. Ook al komen mijn ouders noch ik hiervandaan, dit is mijn stad. Hoewel Rotterdam nu ernstig aan het opschonen en veryuppen is. Met dat gedoe met “nultien” of de recente hysterie rondom het Songfestival heb ik niks. Ik kies graag voor het afwijkende. Na lang in West en daarna het Kleiwegkwartier te hebben gezeten woon ik nu in Oud-Charlois. Daar is dat rauwe gevoel nog te vinden.’
De man die de vader van haar kinderen zou worden, ontmoette Xandra in café Le Vagabond. ‘Ik was 32 toen onze dochter Michelle geboren werd. Enkele jaren later volgde zoon Yannick’, vertelt ze. ‘We woonden eerst in de Heemraadsstraat en kochten later een huis in het Kleiwegkwartier. In die tijd werkte ik als redacteur voor Rotterdam 2001, Culturele Hoofdstad van Europa. In die periode strandde de relatie. We pasten niet bij elkaar, was de conclusie. Maar we hebben samen en in goede harmonie de kinderen opgevoed.’
Vanaf 2004 werkte ze vijf jaar als communicatie- en persmanager voor Poetry International. ‘Opeens rolde ik de culturele communicatie in. In de cultuursector zitten de makers emotioneel dicht op de inhoud. Een communicatiemanager maakt voor het publiek een vertaling van hun werk in niet al te ingewikkelde teasers. Vergelijk je het met een boek, dan maak ik de flaptekst. Dat is een spanningsveld: to kill someone’s darlings. Makers willen altijd compleet zijn, maar om hun product aantrekkelijk te maken voor het publiek moet je tot de kern komen.’
Logopolitie
Na in 2009 en 2010 bij de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam als hoofd communicatie en marketing te hebben gewerkt, begon zij voor zichzelf, als Bureau Nibbeling. Algauw stroomden de opdrachten binnen. Een van haar eerste klanten was kunst- en performancefestival De Wereld van Witte de With, maar ook Sculpture International Rotterdam (SIR), een programma van CBK Rotterdam, benaderde haar. Zo kwam Xandra als freelancer in 2013 terecht bij CBK Rotterdam. Wat in eerste instantie voor drie maanden gold, groeide uit tot een parttime vast dienstverband. Als hoofd communicatie vindt ze het belangrijk dat de stad kennisneemt van beeldende kunst en dat kunstenaars zich in Rotterdam kunnen ontwikkelen. ‘In de acht jaar dat ik hier werk, heb ik geprobeerd om de vele activiteiten die wij hier ontplooien zichtbaar te maken’, zegt ze. ‘Kunstenaars kunnen bij ons een financiële tegemoetkoming aanvragen, bijvoorbeeld voor verdieping en ontwikkeling van hun praktijk. We ondersteunen en organiseren exposities en evenementen. Realiseren, onderhouden en inventariseren kunst in de openbare ruimte en informeren ons publiek erover. Werken samen met andere instituten, zoals musea. Zo ontwikkelden we met het Stadsarchief en de Kunsthal het project Stadstekenaars. Daarnaast hebben we banden met buurtverenigingen en kleine stichtingen in de wijken. Er gebeurt zoveel!’
Met weinig middelen probeer je maximaal resultaat te behalen
Xandra is trots op de vernieuwingen binnen CBK Rotterdam, zoals de huisstijl. Ook nam zij samen met Petra Laaper de Art Office-website onder handen, waarop onder meer kunstenaars een eigen pagina kunnen onderhouden en een financieringsaanvraag kunnen indienen. ‘Met weinig middelen probeer je maximaal resultaat te behalen’, zegt ze. ‘Behalve via de website communiceren we ook met brochures, posters, sociale media en binnenkort een contentplatform. Aan organisaties en kunstenaars die we ondersteunen vragen we ons logo te plaatsen, zodat iedereen CBK Rotterdam weet te vinden.’ En als dat ontbreekt? ‘Ik begrijp dat kunstenaars dat weleens vergeten, maar als het een groot samenwerkingproject met een collega-instelling betreft, wil ik wel even voor logopolitie spelen’, schertst ze streng.
Op 1 juli zendt het digitale urban radiostation Operator Radio voor de tweede keer een programma uit over de activiteiten van CBK Rotterdam, waaronder Art Office, BKOR, SIR en de exposities in TENT, en met verhalen van kunstenaars.
En nu is een nieuwe fase aangebroken. Tijd om CBK Rotterdam los te laten en meer experiment in haar leven te verwelkomen. ‘Vorig jaar werd ik 57 en vroeg me af: heb ik alles gedaan wat ik wilde? Een van mijn oude toekomstbeelden was schrijven. Ik heb als puber veel geschreven, taal en tekst spraken mij altijd al aan. In taal ligt veel besloten, geeft toegang tot jouw en andermans gedachten. Ik vind het een rijkdom dat ik met twee talen ben opgegroeid, niet alleen omdat je een extra taal goed spreekt, maar het biedt ook een tweede perspectief vanuit een andere taal en geschiedenis. Het maakt je wereld en je denken groter.’ Ze vindt het een goede zaak dat steeds meer mensen tweetalig opgroeien. ‘Ze zijn taalgevoelig en hebben een groter aantal perspectieven voorhanden.’
Nieuwe liefde, oude liefde
Nu de kinderen zijn uitgevlogen, besteedt Xandra veel tijd aan haar inmiddels 87-jarige moeder Ilse, die sinds 2020 alleen woont na het overlijden van haar man Piet, een oud-leraar Engels die gediagnostiseerd werd met de ziekte van Parkinson. De afgelopen jaren stonden voor Xandra in het teken van bezoeken aan haar vader en moeder. Nu vervullen zij en Simone om beurten de rol van mantelzorger voor Ilse. Dat loopt uiteen van geestelijke steun tot boodschappen doen en het bijhouden van de tuin.
Sinds korte tijd woont ze samen met Kamiel Verschuren en zijn zoon Anders. De twee ontmoetten elkaar op Poetry International, waarvoor zij werkte en hij jaarlijks het kunstfestival Poetry&Art organiseerde. Inmiddels zijn ze ruim veertien jaar samen. ‘We zijn echt een team en behoorlijk aan elkaar gewaagd’, zegt Xandra. ‘Kamiel is een “omdenker”, iemand die altijd een andere invalshoek kiest en overal alle mogelijkheden uitsleept. Zijn kunst is conceptueel en geëngageerd. Hij heeft een sociale inborst en een enorm doorzettingsvermogen. Voor onze wijk Oud-Charlois heeft hij veel betekend. Het Nieuw Atelier Charlois (NAC) was mede zijn initiatief. Hierbij worden leegstaande woningen voor weinig geld in bruikleen gegeven aan kunstenaars. Zo is in de loop der jaren een levendige kunstenaarsgemeenschap in Charlois ontstaan. Ook de veerpont tussen Charlois en Katendrecht, voorzien van informatie over kunst, is door hem gerealiseerd.’
Kamiel maakt deel uit van de Stichting B.a.d., een kunstenaarsinitiatief dat in 1991 een oude school in Charlois kraakte. Het gebouw bleek geen eigenaar te hebben, waarna het door de stichting werd opgeknapt en jarenlang beheerd. Sommige kunstenaars die er een atelier hebben wonen er ook. Xandra: ‘Nu is Vestia de eigenaar. Wij huren de voormalige gymzaal die grenst aan de buitentuin, een heerlijke plek.’
Als ik straks weg ben zullen mijn collega’s BK-informatie moeten gaan lezen
Met haar vriend is ze ook in professioneel opzicht verbonden, onder meer via Doual’art, een organisatie voor hedendaagse kunst in Kameroen, die via kunst een dialoog aangaat met het publiek. ‘Kamiel begon met hen in 2007 samen te werken’, vertelt ze. ‘Tijdens de Prins Claus-prijzen in 2009 werd Doual’art bekroond. Ter gelegenheid daarvan mocht Kamiel in Douala een tentoonstelling maken. Ik ben toen meegegaan, was nog nooit in Afrika geweest. Fantastisch, Douala is een waanzinnige stad, bloedheet, vochtig, chaotisch … Zo is een vriendschap ontstaan. Eens in de drie jaar gaan we erheen. In 2010 hebben we een bezoekprogramma georganiseerd, ondersteund door het Mondriaan Fonds, en mensen vanuit Nederland daarheen gebracht. Ook realiseerden we een reizende expositie in diverse Europese en Afrikaanse steden.’
Haar oude liefde schrijven heeft ze nooit opgegeven. Sinds 2013 is ze hoofdredacteur van BK-informatie, een vakblad voor beeldend kunstenaars met zo’n achtduizend abonnees. ‘Kamiel had een abonnement, en altijd als ik het zag, dacht ik: daar zou ik wel voor willen werken’, vertelt Xandra, die dankzij de goedewensenfee later gevraagd werd het blad over te nemen. Verschuren is er ook bij betrokken. ‘Een abonnement kost weinig en er is een website opgezet, om het voor zoveel mogelijk kunstenaars toegankelijk te houden’, zegt ze. ‘We doen het echt samen, met het bestuur, enkele redacteurs en een bedrijf voor de distributie. De kennis die ik er opdoe komt ook van pas bij mijn werk voor CBK Rotterdam.’ Ze gniffelt. ‘Als ik straks weg ben zullen mijn collega’s BK-informatie moeten gaan lezen.’
Schets van de stad
Ter gelegenheid van haar afscheid wilde Xandra collega’s voor het voetlicht halen met de interviewreeks ‘Achter de schermen’. ‘Hier wordt hard gewerkt, met veel plezier en toewijding’, zegt ze. ‘Zij hebben interessante verhalen te vertellen over waarmee zij bezig zijn, niet alleen hun werk. Door de lockdown zagen we elkaar minder. Nu leren we elkaar ook op een andere manier kennen.’
Deze week neemt ze afscheid van haar vertrouwde werkomgeving. Ze zal haar collega’s missen, maar beschouwt het als een nieuw begin. ‘Kamiel en ik zoeken een plek in Frankrijk. Misschien gaan we daar een residency voor kunstenaars beginnen. Maar het kan nog alle kanten op. Ik heb geen idee wat de toekomst brengt.’
Ik weet: als je je leven wilt veranderen, komt er iets op je pad. En dan moet je ja zeggen
Sowieso blijft ze hoofdredacteur van BK-informatie. Behalve voor schrijven is er meer ruimte voor creatieve projecten in samenwerking met anderen. ‘Afgelopen herfst, tijdens een etentje thuis, was ook Anne Vegter aanwezig’, zegt Xandra. ‘Ik deelde mijn oude wens om meer te gaan schrijven en zij vertelde dat ze stadsdichter zou worden en iemand zocht om mee te sparren. Ze stelde voor om in januari te gaan samenwerken. ‘Ik was er direct voor in, al was januari wel erg dichtbij. Maar ik weet: als je je leven wilt veranderen, komt er iets op je pad. En dan moet je ja zeggen.’
Sinds eind januari werken Vegter en zij samen. Ze hebben een project opgezet om vanaf eind juni een jaar lang alle bibliotheken in Rotterdam op te zoeken en binnen en buiten met mensen te praten over fundamentele levenskwesties. ‘We willen weten hoe de Rotterdammer in het leven staat’, zegt Xandra. ‘Voor de een betekent dat vrede op aarde en voor de ander: hoe knoop ik de eindjes aan elkaar?’ Een cursus vloggen en filmen met de mobiele telefoon wordt nu in de praktijk gebracht. Op een scooter doorkruist het duo Rotterdam, van het centrum en Kralingen tot Nesselande en Lombardijen, en schetst de stad aan de hand van geschreven en gesproken interviews, voorzien van foto’s, dagboekteksten en poëzie. De vlogs zijn te zien op lokale tv-zender Open Rotterdam. In 2022 worden de teksten en foto’s gebundeld in een publicatie. Xandra: ‘Ook mijn teksten komen daarin. Via het geschreven woord ben ik ooit de communicatie ingekomen en via het geschreven woord ga ik er nu weer uit. Het heeft zo moeten zijn.’