Jeanine van Berkel is verantwoordelijk voor de social media van CBK Rotterdam en werkt aan een podcastserie en het in het 2021 te lanceren videoplatform. Daarnaast is deze veelzijdige twintiger publicist op mister Motley en grafisch kunstenaar, in hoogstpersoonlijk werk. ‘Ik ben bezig om herinneringen concreet te maken.’
In gesprek met Jeanine van Berkel
Tekst: Annemiek van Grondel
‘Ik ben geboren op een stukje grond midden in de oceaan. Deels zand, deels rots … schelpen, hun vorm in constante beweging. Oogverblindend water, in schakeringen van doorzichtig tot diepblauw.’
Soft Histories (2020) zijn vertellingen van een deels in schaduwen verscholen afkomst, van speculaties, herinneringen, veronderstellingen en dromen. Een kennismaking met de sprankelende, onderzoekende geest van Jeanine van Berkel (1995). Curaçao is haar geboorteplek, maar ze groeide op in het westen van Noord-Brabant, in Oudenbosch, bij goed katholieken vermaard door de negentiende-eeuwse Basiliek van de H.H. Agatha en Barbara. Een ‘wit, kleinburgerlijk’ dorp. ‘Mijn huid is vervaagd’, zegt zij in Skin.
In In between, een van de andere audiofragmenten op SoundCloud, begeleid door gerinkel en geschuif met zelfgemaakte objecten, klinkt het in het Engels: ‘Wat betekent naar huis gaan? Dit is nu mijn thuis. Het thuis waar ik nooit wit genoeg zal zijn, zeiden ze. Ik voel me als een vreemdeling in dit land, in dit leven.” In een ander fragment: ‘Ik voel alsof ik ertussen val.’
Het zijn in poëtische taal gegoten flarden van haar leven, in ongeveinsde, rauwe, soms pijnlijk eerlijke bewoordingen, vaak refererend aan de levens die met het hare zijn vervlochten. Zoals dat van haar moeder, met wie ze een hechte band heeft en in 1999 naar Nederland verhuisde.
Gevoelige snaar
Nu, ruim twintig jaar later, kijkt ze in persoonlijke verhalen terug op de eerste jaren van haar leven. Ze onderzoekt haar herinneringen en de gevoelens die deze oproepen en verwerkt deze in geluidsfragmenten, om dat gevoel uiteindelijk met anderen te delen. Zo waren haar medestudenten op het Sandberg Instituut en andere toeschouwers in een zaal van filmmuseum Eye getuige van live artistieke performances, waarin ze een selectie van de Soft Histories verklankt en verbeeldt. Zoals de spanning in het besef van het immense verschil tussen haar geboortegrond en het dorp Oudenbosch, in afstand, klimaat, bewoners en hun cultuur. Of de spanning tussen haar Hollandse achternaam, die van haar moeder, en haar uiterlijk. ‘Als je op een compleet witte basisschool zit en de enige bent met een gekleurde huid, roept dat vragen op’, verklaart ze.
Op mijn dertiende keerde ik samen met mijn moeder terug. Ik had een ander besef van het eiland dan nu, een gecompliceerde relatie met mijn geboortegrond.
Spanning komt soms ook voort uit iets wat voor haarzelf onbekend is, zoals het eerste huis waarin ze woonde op Curaçao. Van Berkel: ‘Het adres kwam ik tegen op mijn geboortekaartje. Op mijn dertiende keerde ik samen met mijn moeder terug. Ik had een ander besef van het eiland dan nu, een gecompliceerde relatie met mijn geboortegrond. Ik wilde daar niet vandaan komen, wilde niet De Ander zijn. Maar de laatste keer dat ik er kwam, drie jaar geleden, trof het eiland opeens wel een gevoelige snaar. En toen heb ik heel bewust de plekken waar ik opgroeide bezocht.’
In haar performances stelt zij zich bewust kwetsbaar op, want ze vindt het belangrijk om zich te uiten en te zeggen wat gezegd moet worden. ‘Ik krijg vaak positieve reacties’, zegt ze. ‘Daaruit put ik in eerste instantie veel. Ik ben altijd op zoek naar mensen met soortgelijke ervaringen. Herkenningspunten. Het is geen constant gevoel, maar het houdt me wel geregeld bezig.’
De Grote Stad
Tijdens het vwo in Oudenbosch besloot Van Berkel in Arnhem de vooropleiding van ArtEZ te gaan volgen. ‘Ik richtte me in eerste instantie op modeontwerp, maar met name grafisch ontwerp kwam naar voren in de dingen die ik maakte’, vertelt ze. ‘Dat staat hoog aangeschreven op die academie, dankzij een docententeam met goede grafisch ontwerpers.’ Tijdens haar ArtEZ-opleiding liep ze stage in Amsterdam, bij tentoonstellingsruimte W139. Van Berkel: ‘Ik was onder de indruk van de stad en de mensen daar. Toch ben ik naar Rotterdam verhuisd, waar ik een appartement in Delfshaven kon bemachtigen. Ik wilde niet blijven plakken in Arnhem. Ik voel me fijn in Rotterdam. Ik weet echter niet of ik hier voor altijd wil wonen. Misschien ga ik ooit terug naar Curaçao, om te ervaren hoe het is om daar langdurig te wonen.’
Hoewel ze zich inmiddels senang voelt in de havenstad, was de verhuizing in eerste instantie een gewaagde stap die haar deed twijfelen aan de juistheid ervan. Van Berkel merkte dat met haar grafisch-ontwerpdiploma het zoeken van een baan geen gemakkelijke opgave was. ‘Het was een lastige en eenzame periode’, vertelt ze. ‘Uiteindelijk kreeg ik een bijbaantje bij Hutspot, een artistieke winkel die nu helaas niet meer bestaat. Maar ik wilde niet te lang blijven hangen in een winkelbaan.’
CBK Rotterdam bood uitkomst: begin 2019 kreeg ze de kans daar stage te lopen. Het betrof een communicatiefunctie: één dag per week voor de openbare ruimte en Art Office en een andere voor TENT. ‘Ik kwam vaak bij TENT om exposities te bekijken en zag op een goede dag die vacature’, vertelt Van Berkel, die direct de stoute schoenen aantrok en erop solliciteerde. ‘Ze zochten iemand om een social-mediaplatform op te zetten. De bedoeling was om door te graven in het CBK-archief dat op een spannende manier bloot te leggen. Het was heel leerzaam, zo kwam ik steeds meer over kunst en de stad te weten.’ In juli van dat jaar werd haar ijver beloond: ze trad in dienst als social-mediamanager bij CBK Rotterdam.
Ondergedompeld in kunst
TENT, oftewel de afdeling tentoonstellingen van CBK Rotterdam, is een geëngageerd platform voor hedendaagse kunst. Het realiseert tentoonstellingen, producties, educatieprojecten, performances en andere evenementen met makers, zowel uit Rotterdam als daarbuiten. Hierin staat de dynamische kunst en cultuur van Rotterdam centraal, gericht op haar interdisciplinaire, internationale karakter en de wisselwerking met belangrijke ontwikkelingen in de samenleving. Vlak voor de eeuwwisseling verhuisde voorganger Villa Alckmaer, vanaf 1994 aan de Westersingel de tentoonstellingslocatie van CBK Rotterdam, naar de Witte de Withstraat, waarna op exact 9-9-1999 de nieuwe ruimte TENT werd gedoopt.
Er zijn veel bijzondere exposities te zien. Een daarvan die Van Berkel persoonlijk raakte was The whole world is turning van Ada M. Petterson, een non-binaire kunstenaar uit Barbados. ‘Hen maakte twee à drie video-installaties met fel zonlicht en zee’, vertelt ze enthousiast. ‘Oude en nieuwe verhalen worden daarin vermengd in een nieuwe poëtische vorm. Ik zag de werken en voelde onmiddellijk herkenning.’
Ik houd ervan als je echt volledig in kunst wordt ondergedompeld. Dat probeer ik ook in mijn ontwerpen te tonen.
Ze noemt Utopian Redux van Carly Rose Bedford een ander indrukwekkend werk: ‘Hiervoor werd de ruimte omgetoverd in een warme, zachte oase met roze zand, roze kussens en eveneens roze, kabbelend water. Ik houd ervan als je echt volledig in kunst wordt ondergedompeld. Dat probeer ik ook in mijn ontwerpen te tonen. Hoe je een ruimte vormgeeft, waarin installaties en performances een plaats krijgen, zie je daarin duidelijk terug. Ik wil graag dat mensen zich comfortabel voelen in de ruimte. Dat ze bij, op, of in installaties kunnen liggen of zitten.’
Grafisch kunstenaar
Haar eigen kunst staat, sinds ze bij CBK Rotterdam werkt, niet noodgedwongen op een laag pitje. Integendeel, de werkgever stimuleert haar zelfs om op artistiek onderzoek te gaan. Van Berkel: ‘In 2019, hetzelfde jaar dat ik stage liep bij TENT, kon ik een plek krijgen aan het Sandberg Instituut . Dat was altijd de school waar ik stiekem heen wilde. Het instituut is highbrow: de selectie is streng. Maar ik heb het toch geprobeerd en het lukte nog ook! Ik wilde niet zozeer naar het designdepartement, want juist de theorie en het diepere onderzoek trokken me aan. Inmiddels ben ik bezig met mijn afstudeerproject.’
Kunst en grafisch ontwerp zijn de laatste jaren veranderd, met name grafisch ontwerp, merkt ze. Dat is het gevolg van de opkomst van templates. Van Berkel: ‘Op ArtEZ werd al een onderscheid gemaakt tussen meer vormgerichte typografie en designonderzoek. Dat laatste gaat meer de richting op van vrije kunst. Zo kon je bijvoorbeeld een heel project rondom één zelfgekozen woord bouwen, in een vrije opdracht en met een vrije keuze in materialen.’
Van Berkel ziet zichzelf niet als kunstenaar, eerder als grafisch ontwerper. Misschien is grafisch kunstenaar een treffendere benaming. Haar koraalachtige objecten van klei zijn ‘levende’ artefacten die verwijzen naar haar persoonlijke ervaringen. ‘Ik ben bezig om herinneringen concreet te maken’, knikt ze.
‘Ik put daarnaast veel uit het dagelijks leven, als een soort oefening om mijn eigen leven te kunnen inrichten.’
Daarnaast schrijft ze stukken voor mister Motley, die behoorlijk uitgesproken zijn, zoals in het in januari gepubliceerde artikel Gefaald activisme zou geen kunst moeten zijn. Daarin stelt ze kritische vragen bij witte kunstenaars die volgens haar de plank misslaan door hun provocerende, geëngageerde werk dat ten koste gaat van anderen. Het stuk werd geprezen in reacties op sociale media, maar ook bekritiseerd. ‘Soms krijg ik online negatieve reacties onder zo’n stuk, waarop ik niet reageer’, zegt ze gedecideerd. ‘Maar als mensen me een persoonlijk bericht sturen ga ik graag in met hen in gesprek.’
Rotterdamse dromen
Diversiteit op de werkvloer is een belangrijk onderwerp voor Van Berkel, die onderstreept dat in functies de kleurrijke maatschappij moet worden weerspiegeld. Zo werken er in instituties te weinig mensen van kleur, zelfs in progressieve kunstinstellingen. Dat het ook anders kan, laat ze zien in de nieuwe podcastserie van CBK Rotterdam, getiteld De Gedroomde Stad, die in oktober 2020 van start ging. Daarin interviewt Van Berkel Rotterdamse kunstenaars over hun favoriete werk in Rotterdam en in hoeverre dat in relatie staat tot hun eigen kunst. Ook voelt ze hen aan de tand over hun dromen en verlangens voor de stad. Deze kunstenaars hebben een toekenning ontvangen van de O&O-regeling, de onderzoeks- en ontwikkelingsfinanciering van CBK Rotterdam. Of voor de kleinere projectsubsidieregeling PPR.
‘Aan de podcastserie ben ik, samen met Xandra Nibbeling, in de zomer begonnen te werken’, vertelt ze. ‘Het is de bedoeling dat deze zesmaal per jaar verschijnt. Ik mag zelf bepalen met wie ik spreek, en dat vind ik geweldig. Ik vind het belangrijk kunstenaars van kleur en uit de LHBTIQ+-gemeenschap uit te nodigen en hen zoveel mogelijk aan het woord te laten. Want hun stem moet meer gehoord worden.’ Zo sprak ze met voor de eerste aflevering met Sandim Mendes, beeldend kunstenaar met een Kaapverdische achtergrond.
Ik vind het belangrijk kunstenaars van kleur en uit de LHBTIQ+-gemeenschap uit te nodigen en hen zoveel mogelijk aan het woord te laten
De podcast is niet de enige vernieuwing bij CBK Rotterdam waaraan Van Berkel werkt. Momenteel legt ze in een team de laatste hand aan een videoplatform, dat na de zomer wordt gelanceerd. Daarin worden de activiteiten van de kunstenaars in de stad in bewegend beeld getoond. ‘We willen zoveel mogelijk kunst in Rotterdam vastleggen’, zegt ze. ‘Sociale media zijn leuk, maar dit is van een meer verdiepende orde, doordat het tegelijkertijd creatief en journalistiek is. Het selecteren van de kunstenaars gebeurt in samenspraak met mijn collega’s, maar van hen krijg ik veel creatieve vrijheid. We weten nog niet wie het gezicht van het platform gaat worden; misschien kiezen we wel meerdere presentatoren. Nu zijn we nog ondergedompeld in de voorbereidingen om alle aspecten van een videoplatform te onderzoeken. Welke formats werken en welke niet? YouTube is booming. Het is belangrijk voor CBK Rotterdam om zich te blijven vernieuwen.’
Ze betreurt dat nog te weinig jongeren weten waar CBK Rotterdam voor staat. Het is een van haar taken dat meer wereldkundig te maken. ‘Het grootste gedeelte van de kunst die je ziet in de stad wordt verzorgd of ondersteund door CBK Rotterdam, maar de meeste mensen weten dat niet of nemen het voor kennisgeving aan’, zegt Van Berkel. ‘Daarom is het belangrijk om die kunstwerken via video’s te kunnen laten zien. Zo gaat kunst meer leven, niet alleen onder jongeren maar ook bij de andere generaties. Ik hoop vurig dat kunst meer verspreid wordt en dat mensen die een video zien van een kunstwerk, nieuwsgierig worden en ernaar op zoek gaan in de stad.’