Adviescommissie Cultuurplan 2025-2028 positief over CBK Rotterdam

De adviescommissie heeft op 28 juni 2024 het advies Verandering Verankerd uitgebracht. Hierin adviseert de commissie de gemeente Rotterdam over de verdeling van de Cultuurplangelden voor de periode 2025-2028.

Samenvatting van de aanvraag
“Het Cultuurplan 2025-2028 van CBK Rotterdam gaat in op de ambities van de programma’s en benadrukt interconnectiviteit, innovatie en inclusie als kernprincipes. Samenwerkingen met kunstenaars, bewoners, maatschappelijke partijen en de gemeente staan centraal, artistieke relevantie wordt gekoppeld aan sociaal-maatschappelijke waarde en betekenis. Innovatie komt voort uit het verbond met kunstenaars, terwijl inclusie vooral zichtbaar is in programma’s, educatie, openbare kunst en diverse samenwerkingen. CBK Rotterdam staat al sinds de oprichting in 1982 pal voor een eerlijke betaling aan kunstenaars en omarmt derhalve de Fair Practice Code. CBK hecht veel waarde aan duurzame samenwerking en transparantie en volgt daarom uiteraard de aanbevelingen in de Code Diversiteit en Inclusie en de Governance Code Cultuur.

De activiteiten van CBK Rotterdam betreffen drie programmalijnen: Art Office verzorgt het voorwaardenscheppende beleid ten aanzien van Rotterdamse beeldend kunstenaars, BKOR en SIR beeldende kunst in de openbare ruimte van Rotterdam en TENT is het podium en productiehuis voor actuele Rotterdamse kunst. Doordat deze programma’s binnen één organisatie zijn gebundeld, maken ze gebruik van elkaars specifieke expertise.

Art Office speelt een cruciale rol in het schragen van vele kunstenaarspraktijken in Rotterdam. Tijdens de pandemische jaren 2020 en 2021 reageerde Art Office proactief door nieuwe financieringsstructuren te introduceren. De daaruit voortgekomen regelingen Praktijkbijdragen en Impuls en Verdieping zijn gericht op het mede mogelijk maken van diverse projecten en het verdiepen van de beroepspraktijk van kunstenaars. Nog steeds
is Rotterdam een aantrekkelijke stad voor kunstenaars uit alle windhoeken, gezien de constante stroom aan inschrijvingen. Met het nieuwe programma Studio Art Office worden informatievoorziening en – uitwisseling geïntensiveerd.

BKOR en SIR fungeren als regisseurs van kunst in de openbare ruimte, adviseren over nieuwe kunstwerken en onderhouden een indrukwekkende collectie van meer dan 1000 beelden. Publieksbereik en -ontwikkeling worden gestimuleerd door permanente ontsluiting van de collectie via websites en routes, evenals door samenwerkingen met diverse stedelijke initiatieven en gemeentelijke diensten als Stadsontwikkeling en Stadsbeheer. De tekst benadrukt het belang van kunst als publieke voorziening en pleit voor een evenwichtige verhouding tussen particuliere initiatieven en publieke financiering. Er worden ook zorgen geuit over de toekomst van de Rotterdamse beeldencollectie. CBK Rotterdam bepleit het behoud van zeggenschap over de kwaliteit van de openbare ruimte. Aanbevelingen omvatten de oprichting van een Percentageregeling Nieuwe Stijl en een onderzoek naar gebouwgebonden kunst, terwijl samenwerkingen met organisaties als Stichting HIJS de integratie van street art in het stedelijke kunstbeleid bevorderen.

Vanaf 2024 ondergaat het Rotterdams kunstplatform TENT significante veranderingen. De verhuizing naar Coolhaven biedt ruimte voor een nieuwe aanpak, met naast tentoonstellingen ook nadruk op workshops en samenwerkingen met kunstenaars en partners elders in de stad. TENT breekt met de traditionele white cube om zich vrijer te bewegen in het stedelijke weefsel en meer maatschappelijke betrokkenheid te incorporeren. Projecten zoals een kunstproject rond de Maas en een uitwisseling met Baltimore illustreren deze bredere aanpak. Het educatieprogramma richt zich op kinderen, jongeren en het mbo, met speciale aandacht voor kunstbeleving en participatie.

CBK Rotterdam vraagt meer geld aan, vooral bedoeld voor honoraria kunstenaars via Art Office en TENT.”

Artistieke en inhoudelijke kwaliteit
De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit als goed. De degelijke en consciëntieus opgezette aanvraag getuigt van begrip van het ecosysteem van Rotterdam en zijn behoeftes. De missie en visie van CBK brengen zijn werkvelden goed samen en de verhuizing van TENT naar Coolhaven toont besef van een veranderende rol in de stad – ook al is de verhuizing primair ingegeven door huisvestingslasten. Dat Rotterdam landelijk bekend staat om zijn diverse en uitgebreide collectie van kunst in de openbare ruimte onderstreept de vakkennis van CBK en zijn unieke positie. Ook de curatoren en samenwerkingspartners tonen vakmanschap, bijvoorbeeld in de samenwerking met Alida Dors en Marga Weimans voor de straatparade. TENT’s artistieke uitgangspunt, de grootstedelijke cultuur van Rotterdam, kwam in eerdere tentoonstellingen goed tot uiting. De commissie vindt echter de uitwerking van de ambities op dat vlak – met uitzondering van de eerste anderhalf jaar van TENT, wel wat summier. Dat de regelingen van Art Office een brede doelgroep kunstenaars weten te bereiken, laat zien dat CBK ook over de hiervoor nodige kennis en kunde beschikt.

CBK’s regelingen voor kunstenaars zijn professioneel en laagdrempelig, gekenmerkt door een snelle en gemakkelijke procedure. Hiermee speelt CBK in op de wensen uit het veld, wat resulteert in goed contact met de doelgroep van Rotterdamse kunstenaars en een breed en divers bereik onder hen. Het interessante en toegankelijke tentoonstellingsprogramma van CBK laat zien dat de organisatie goed op de hoogte is van de actuele thema’s in de stad en wat bij de stad past. Het CBK kiest met regelmaat voor lokale kunstenaars en vergroot daarmee de betekenis voor en het draagvlak onder de directe omgeving. CBK ambieert ook om op de nieuwe locatie van betekenis te zijn door wijkorganisaties en bewoners actief te betrekken en wil zich op een andere manier aan de stad verbinden door tentoonstellingen op wisselende locaties te organiseren. Hoe dit concreet vorm zal krijgen wordt echter niet toegelicht in de aanvraag. De educatieve programma’s van TENT worden goed ontvangen en de aansluiting met bijvoorbeeld het mbo is sterk. CBK wil deze band in de nieuwe periode nog versterken met een programma dat in co-creatie met opleidingen wordt ontwikkeld. De stadscollectie ontsluit CBK met digitale routes.

CBK neemt zijn rol in Rotterdam als voorvechter voor kunstenaars en hun plaats in de stad serieus. Het heeft zich in verschillende samenwerkingsverbanden aantoonbaar ingezet voor hun belangenbehartiging. De doelen die het in de aanvraag stelt zijn relevant en versterken deze positie, zoals bijvoorbeeld een vernieuwd artist-in-residency-beleid. CBK toonde gevoel voor actualiteit met de sculptuur ‘Moments Contained’ van Thomas J Price. De commissie vindt het een gemiste kans dat CBK in de aanvraag niet dieper ingaat op het grote effect van dit kunstwerk op de Rotterdammers, om hiermee zijn geloofwaardigheid en creativiteit nog meer aan te tonen. Ook het effect van de verhuizing – die ongetwijfeld een creatieve impuls zal geven – wordt slechts summier beschreven als mogelijkheid ‘om met hernieuwde energie en focus met de stad van nu te verbinden’, zonder dat wordt toegelicht hoe CBK dit wil bewerkstelligen.

De beeldencollectie van Rotterdam geniet wereldwijde bekendheid en draagt bij aan de internationale profilering van de stad. Het is prijzenswaardig dat CBK expliciet aangeeft een impuls te willen geven aan de internationale activiteiten van kunst in de openbare ruimte, bijvoorbeeld door samen te werken met internationale kunstenaars.

CBK draagt op een effectieve manier bij aan het productieklimaat voor beeldende kunst en vormgeving in Rotterdam. Dit blijkt onder meer uit het bereik van de kunstenaarsregelingen en het educatieve programma. Met een toekenning van ‘ongeveer 70 procent’ hanteert CBK de ondergrens van wat vanuit de BKV-gelden toegekend moet worden aan de kunstenaars. Aan de andere kant fungeert CBK als een voorbeeld op het gebied van fair pay voor kunstenaars.

Waarde voor de stad, de bewoner en de discipline
De commissie beoordeelt de waarde voor de stad, haar bewoners en de discipline als goed. CBK positioneert zich in zijn missie, visie en strategie als netwerkorganisatie en katalysator van beeldende kunst in Rotterdam, wat werd bevestigd door het winnen van de Marketing Award Rotterdam. Projecten met Maud van den Beuken of Florian Braakman tonen aan dat CBK nauw verbonden is met de samenleving en in staat is om de juiste kunstenaars te selecteren voor relevante projecten. Dat geldt ook voor het versterken van de connectie met ALL CAPS en HIJS om meer street art op te nemen in de collectie van openbare kunstwerken. De commissie plaatst de kritische kanttekening dat CBK het nalaat om in zijn aanvraag nader in te gaan op nieuwe samenwerkingspartners in de wijk waar het zich heeft gevestigd.

Innovatie is in de beroepspraktijk van CBK in zekere zin een gegeven door de samenwerking met steeds nieuwe kunstenaars, belanghebbenden en publiek, maar het wordt versterkt daardat CBK zelf expliciet vernieuwing stimuleert. Ook toont CBK innovatief vermogen met bijvoorbeeld de vernieuwende vorm van de opening van ‘Moments Contained’ waarmee het bij een breed publiek aandacht voor het kunstwerk wist te genereren. Ook de verhuizing ziet CBK terecht als kans voor vernieuwing en verandering.

CBK heeft op het gebied van inclusie en diversiteit een beleidsscan laten uitvoeren en omschrijft op basis daarvan uitgebreide stappen om programma, personeel, partners en publiek meer divers en inclusiever te maken. Het is zich ook bewust van de uitdagingen op dat vlak en hoewel er nog ‘geen sprake is van een integrale, breed gedragen visie en benadering’ – zoals CBK het zelf zegt – zijn samenwerkingen met Creative Action Now of Stichting Oren en Ogen Tekort prijzenswaardig. Over het algemeen is CBK voorbeeldstellend in hoe het via de openbare ruimte het bewustzijn van inclusiviteit en interconnectiviteit in Rotterdam vergroot. Dat geldt ook voor de werkwijze van BKOR met het publiek en zijn behoeften als impuls, wat bijvoorbeeld resulteerde in de opdracht voor een Landelijk Moluks Monument. De commissie is positief over de diverse samenstelling van de Raad van Toezicht en de adviescommissie, evenals over de verjonging van het personeel. Hoe CBK zijn subsidieregels toegankelijker wil maken mist uitwerking.

Zakelijke kwaliteit
De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als goed. De aanvraag en de geschiedenis van CBK getuigen van een stabiele organisatie die in staat is om de geplande activiteiten uit te voeren. De aanvraag gaat uitgebreid in op fair pay: CBK volgt de cao Nederlandse Gemeenten en betaalt de kunstenaars die in opdracht van CBK werken naar het fair pay- principe. Om dit ook in de toekomst te kunnen blijven doen, vraagt CBK een verruiming van het Art Office budget aan. Voor de andere aspecten van de Fair Practice Code zijn geen verbeteringen genoemd in de aanvraag. Ook voor de Governance Code Cultuur geldt dat de commissie positief is hoe CBK de code toepast, maar tegelijkertijd constateert dat de aanvraag ook hier niet ingaat op aandachtspunten en gewenste verbeteringen.

Door de aanstaande verhuizing rekent CBK op een daling van de bezoekersaantallen, terwijl tegelijkertijd het activiteitenbudget stijgt. De kosten van de verhuizing en een toelichting op hoe deze periode financieel te overbruggen, ontbreken in de aanvraag. De begroting voorspelt een daling van zowel de directe als indirecte inkomsten, waaronder bijdragen uit private middelen en inkomsten uit landelijke fondsen. De enige stijging van de baten is de omvang van de Cultuurplanaanvraag. De afhankelijkheid van subsidies blijft daarmee groot en neemt zelfs toe. CBK verklaart meer budget nodig te hebben voor onder andere de verdieping van de artistieke kwaliteit maar deze ambities worden aan de inkomsten- en de kostenkant niet concreet onderbouwd. Daarmee is de begroting geen overtuigende vertaling van de plannen. Wel beschikt CBK over voldoende eigen vermogen om financiële tegenvallers op te vangen.

CBK heeft deels een rol als uitvoerder van overheidsbeleid. Dat maakt zijn positie anders dan die van andere instellingen. Alleen TENT heeft de mogelijkheid om eigen inkomsten te genereren, maar door de verhuizing worden deze in de komende periode aanzienlijk lager. Dat leidt als gezegd tot een toename van de subsidieafhankelijkheid. De aanvraag bevat geen ambities om de eigen inkomsten te verhogen en de commissie mist een toelichting op financieel risicomanagement.

Advies positief, binnen budget
De commissie adviseert om het subsidieniveau van 2024 te handhaven: geadviseerd subsidiebedrag: € 2.134.500,- en € 1.850.000,- BKV-gelden, gevraagd subsidiebedrag: € 2.205.300,- en € 2.000.000,- BKV-gelden.

[foto: Alex da Silva, Slavernijmonument, fotograaf Otto Snoek.]